Als
Mozes had doorgevraagd
|
|
Naar
Homepage Naar Archief |
Marjolijn
van
Heemstra (1981) debuteerde in 2010 met de gedichtenbundel ‘Als Mozes
had
doorgevraagd’. Het titelgedicht is vrolijk en zelfbewust en staat in de
traditie van de mystiek.
Als
Mozes had doorgevraagd Dan
had ik je aangeraakt en jij mij. In
dit gedicht wil de dichteres God ontmoeten,
maar niet voor hem op de knieën gaan. Alleen op voet van
gelijkwaardigheid wil
ze met hem spreken. Ze wil niet zomaar Gods bevelen volgen, zoals
Abraham deed.
De vrouw van Lot die zich omdraaide, geeft ze groot gelijk. Met een te
mysterieus ‘ik ben die ik ben’, zoals God zei tegen Mozes in Exodus 3,
neemt ze
geen genoegen. Ze wil een open en eerlijk gesprek, waarin beide
partijen zich
laten kennen. Ze wil contact met God. Ze wil hem ontmoeten, hem
aanraken, hem
omhelzen. Mij
spreekt het vrolijke en het
eigenwijze in het gedicht aan. Hier staat iemand die zich even nergens
iets van
aantrekt en vanuit een stevig zelfbesef God uitdaagt om haar te
ontmoeten. ‘Kom
maar op’ schreeuwt ze naar de hemel. Op een man als Mozes kijkt ze
eigenlijk
een beetje neer, zoals de vrouw dat doet in het reclamespotje van de
Jumbo: ach
ja, een man. Dat heeft iets kokets, maar ze plaatst zich daarmee ook in
de
traditie van de mysticus die zijn ervaring met God belangrijker vindt
dan de
bijbel. Net
als bij bijvoorbeeld Gerard Reve
verlangt ze naar een heel lichamelijke ontmoeting met God. Alleen is er
geen
totale overgave, geen versmelting van twee lichamen. Ze ziet meer een
hartelijke ontmoeting voor zich tussen twee gestalten die beide hun
geheim
hebben en die beide verschillend blijven. Marjolijn
van Heemstra studeerde
godsdienstwetenschappen. Er zit in het gedicht een stevige speldenprik
tegen
Rudolf Otto, de beroemdste godsdienstwetenschapper van de 20e
eeuw.
Otto meende dat godsdienst vooral om een mysterieus en vreeswekkend
geheim
ging. Niet dus, wat haar betreft. Mozes
hield afstand en schreef vijf
boeken. Het leidde tot godsdiensten met een leespraktijk. Van Heemstra
wil
aanraken en omhelzen. Ze wil ons elkaar laten omhelzen. Coen
Wessel |