Trek een stralende tweede huid aan | |
Terug naar Doophemden Terug naar Homepage |
door Cokky van Limpt Predikant Coen Wessel bedacht een nieuw
religieus kledingstuk: het doophemd, gedragen onder de kleding, ter herinnering
aan de doop. Vandaag verschijnt er een boek over. Een expositie en een studiedag
liggen in het verschiet. Met zijn 'doophemd' voegt
Coen
Wessel
een nieuw fenomeen toe aan een lange traditie van religieuze kleding. Het
doophemd, gemaakt van linnen en bewerkt met christelijke symbolen, verbeeldt
het geloof 'bekleed te zijn met Christus', en herinnert de drager er 'dicht op
de huid' aan zich daarnaar te gedragen. Wat begon als ingeving
van één man is intussen uitgegroeid tot een veelzijdig project. In Wessels
pastorie spreken we de hoofd-actoren. Behalve Coen Wessel (1960),
predikant en projectbrein, zijn dat textielkunstenares Marijke Jager (1948) en
couturière Jeannette de Wilde (1947). Samen ontwierpen en maakten zij de
doophemden voor de expositie. Hoe is de Heerenveense
dominee eigenlijk aan zijn doophemd-idee gekomen? Wessel: ,,Ik houd me
al heel lang bezig met de wisselwerking buitenwereld-binnenwereld: wat doen
dingen van buiten met je ziel, met je persoonlijkheid? Stel, je bent aan het
fietsen in Frankrijk, het is warm, de weg is steil en je fietstassen zijn
zwaar. Maar dan is daar ineens die kathedraal. Bij het binnengaan stap je in
een andere wereld. Het is alsof je ziel een andere kamer betreedt,
geconfronteerd wordt met de wereld van God. De verandering die zich dan in je
binnenste voltrekt, heeft naar mijn overtuiging te maken met de gewijde ruimte
die je ingaat: buiten beïnvloedt binnen.'' Een vergelijkbare
ervaring kreeg Wessel toen hij de chazzan (voorzanger) van de joodse gemeente in
Heerenveen vroeg hem te leren 'laaienen' -reciteren van de Thora, zoals dat
gebeurt in de synagogale eredienst. ,,Ik moest een half uur per dag oefenen om
die wat nasale synagogale zang onder de knie te krijgen. Na verloop van tijd
begon ik het effect ervan op mijn lichaam te ervaren: alsof de Hebreeuwse
woorden van de Bijbel je hele lichaam langzaam maar zeker vullen met het Woord
van God. Het idee van het doophemd is me zomaar ingevallen, maar achteraf denk
ik dat deze ervaring ermee te maken heeft. In plaats van de Hebreeuwse woorden
is het bij het doophemd Christus die je vult en omhult.'' In de zomer van 2002
vroeg Wessel aan Marijke Jager een aantal doophemden te ontwerpen, om
zo de mogelijkheden van zijn concept artistiek te verkennen. ,,Ik moest me het
idee wel eigen maken'', zegt de textielkunstenares. ,,Eerst vond ik het nogal
abstract. Maar het zette me aan het denken over de doop, ook die van mijzelf.
Wat zegt de doop mij? Is het iets wat je zelf voelt of is het meer iets van je
ouders geweest die met jou bij het doopvont hebben gestaan? Dat was een heel
denkproces, tot en met het besef dat sommige mensen helemaal niets meer te
maken willen hebben met hun doop.'' Van lieverlee werd Jager
enthousiast over het plan en betrok ze ook Jeannette de Wilde bij de
uitwerking. Ze ontwierpen een handvol hemdmodellen en maakten daar twintig
kunstwerken van, stuk voor stuk verschillend, elk met een eigen karakter dat
tot uitdrukking komt in de gekozen kleuren, materialen, symbolen en teksten. Het grote pak op de bank
gaat open en een voor een showen Jager en De Wilde de werken van hun handen.
Doophemd 'De Geest', dat ook de omslag van het kersverse boekje siert, is
gemaakt van witte en rode zijde. Jager legt de symboliek uit: ,,Het rode
rafelige gedeelte van het hemd verbeeldt onmacht en lijden. Te midden van deze
onvolmaaktheid is in de witte stof de Heilige Geest krachtig aan de hartzijde
afgebeeld.'' De Wilde laat de achterkant zien, waar de witte stof nog een
eindje doorloopt: ,,We hebben ook nog wat rugdekking meegegeven.'' De flinterdunne zijde van
een piepklein babyhemdje verbeeldt de kwetsbaarheid van de mens. Tegelijkertijd
geven de erop aangebrachte waterdruppeltjes bescherming. Jager heeft ze
geborduurd van haar eigen hoofdhaar: Er zal geen haar van je hoofd vallen...
Het popart-achtige zwart-witgeblokte hemd 'Overwinning' verwijst naar Johannes
1: 'En de duisternis kon het licht niet doven'. Op de lichte gedeelten zijn
witte kruisen geborduurd. Een ivoorkleurig
omslaghemd omhult de drager als de doop. Rond de hals naar de hartzijde toe,
staan aan de binnenkant de woorden: In de naam van de Vader en de Zoon en van
de Heilige Geest. Fraai is ook het doophemd 'Water'. De losbungelende
blauwglazen kralensnoeren zijn als het doopwater - levensstroom van God. Ook Wessel ging met zijn
eigen idee in de praktijk aan de slag. Met een groep jongvolwassenen, die na hun
belijdenis nog regelmatig in Heerenveen bijeenkomen, en met een groep vijftien-
en zestienjarigen in de Utrechtse Domkerk, waar tevens de expositie van de
doophemden zal worden gehouden. Wessel kon weinig schroom ontdekken bij de jongvolwassenen. ,,Ze
gingen heel enthousiast aan de slag met verf en naald en draad, bang dat hun
hemd niet zou afkomen. Een jonge vrouw heeft zelfs een parelketting op haar
hemd genaaid, als teken van de kostbaarheid van de doop. Ook de jongeren in
Utrecht sprak het project aan. In de nachtwake die met Pasen in de Domkerk is
gehouden, hebben zij zelfs hun doophemd al gedragen. Naast zelfgekozen symbolen
hadden ze ook alle tien een duifje op hun hemd aangebracht - als teken van hun
onderlinge verbondenheid.'' Wessel ziet het dragen van een doophemd als een zelfopgelegde
geloofsdiscipline. Je draagt het als herinnering aan je doop. In het begin had
hij er moeite mee het dagelijks te dragen. Terugkijkend op die periode zegt
hij: ,,Daar zit schaamte bij -wat doe ik met zo'n raar ding- maar ook is het
alsof ik geen zín heb om steeds te geloven, steeds christen te zijn, en alsof
ik met mijn doophemd mijn geloof aan- en uittrek. Blijkbaar zit het af en toe
te dicht op mijn huid. Maar waarschijnlijk is het vaker dragen een proces van gewenning
en van groei in geloof.'' En dat proces werpt
kennelijk vruchten af, want sinds 1 januari draagt Wessel zijn doophemd
dagelijks. ,,Dat doet zeker wat met me. Bij het opstaan word ik erbij bepaald
dat ik van Christus ben. Dan trek ik het hemd aan. Ja, dat is wel even wat. Ik
voel het af en toe maar ben me er niet steeds bewust van.'' In het vandaag verschenen
boek 'Op het lijf gedragen' gaan Wessel en anderen in op de bijbelse en theologische achtergronden
van doopritueel, doopkleding en andere heilige windsels en religieuze gewaden
in de christelijke en joodse traditie. Ook de kloof tussen de woordcultuur van
de kerk en de beeldcultuur in de moderne samenleving komt aan de orde. Eén
hoofdstuk is gewijd aan praktische tips om met een tienergroep zelf doophemden
te maken. Het boek eindigt met de afbeeldingen van alle door Jager en De Wilde
gemaakte doophemden. Coen Wessel e.a.: Op het lijf gedragen. Doophemden als uiting van
geloof; Protestantse Pers Heerenveen, 95 pg, ISBN 9085250064, €12,50. Expositie: 'Op het lijf
gedragen, doophemden in de Dom', 8/5 tot 26/6, Domkerk Utrecht, ma t/m vr
10-17u, za 11-15.30u, zo 14-16u. Studiedag doophemden
maken met jongeren, do 26/5 13.30-16u, Domkerk Utrecht; info: Landelijk
Dienstencentrum van de PKN, 030-8801523. Copyright: Trouw
Donderdag 14 april 2005 |