
In films
en televisieseries triomfeert de held ondanks de overheid. Inspector
Morse,
Barnaby en al hun collega-detectives maken dat in een milde vorm mee,
doordat
ze overhoop liggen met hun altijd ambitieuze en incompetente meerdere.
Geheim
agenten als James Bond slagen alleen door zich nadrukkelijk niet aan de
regels
te houden. Maar sinds de jaren zestig zijn overheidsinstellingen niet
alleen
maar dom en incompetent maar ook zetels van het kwaad. Of het nu een
progressieve film is (Dr. Strangelove, China-town, All the Presidents
men) of
een conservatieve film (Rambo-serie), de held strijdt altijd ook tegen
(een
deel van) het overheidsapparaat. Dat wordt steevast bevolkt door
groepen mensen
die samenwerken met drugsdealers, uit zijn op de absolute macht etc..
De mens
die het tegen de overheid opneemt had vroeger nog de trekken van een
nobele
ridder. Het doel van de helden was altijd een moreel doel: boeven
ontmaskeren,
de wereld redden. Ook hun manier van optreden was in zekere mate moreel
verantwoord. De cowboy, de geheim agent op missie wisten met slimheid,
moed en
gedoseerd geweld hun doel te bereiken. In hun handelen - ook al was dit
een
handelen buiten de wet - representeerden ze altijd ook de idealen
achter de
wet: gerechtigheid en uiteindelijke vrede.
Sinds de
jaren tachtig gaan de helden steeds meer geweld gebruiken. Het doel
blijft nog
wel nobel, maar de middelen worden excessief. Jack Bauer, de held van de populaire
serie ‘24', martelt
zijn tegenstanders en moordt in vijf minuten voldoende om levenslang
achter de
tralies te belanden.
De
laatste jaren verschuiven ook de doelen. Niet langer staat de eenzame,
rechtvaardige held in het centrum maar de eenzame crimineel (Oceans
Eleven, The
Usual Suspects). Het filmverhaal volgt een crimineel die een
spectaculaire
kraak wil zetten. Met veel oefening, geluk en slimheid slaagt hij daar
uiteindelijk in. Hij krijgt ook het meisje. Schelmenverhalen zijn er
altijd al
geweest - denk aan Reinaert de Vos - maar de overvloed en de
populariteit in de
laatste jaren is krankzinnig.
De
klassieke held is een beeld van de mens die zijn plaats in het leven
moet
vinden. Door beproevingen wordt hij volwassen. Hij ontdekt zijn kracht,
leert
zijn slechte kanten te reguleren en kan zo zijn plaats in de
samenleving
innemen. De eenzame tocht buiten de kaders van de samenleving is een
voorbereiding op een plaats in de gemeenschap.
De films
met excessief geweld of een criminele hoofdpersoon zijn onderdeel van
een
culturele stroom waarin een mens nooit meer ingevoegd wordt in de
samenleving.
Hij begrijpt zichzelf als “ik tegen de wereld” en
de samenleving als “de wereld
tegen mij”. Een enkele keer uit zich dat in een schietpartij
op een school of
in zelfmoordterrorisme. Veel alledaagser uit zich dat in een
voortdurend
wantrouwen tegen anderen: tegen de gemeenschap en de instituties die
haar
dragen, zoals kerk
en overheid. Er is
heel veel meer nodig om het vertrouwen in de overheid te herstellen dan
goed
beleid. Er is ook een ander mensbeeld nodig.
Verschenen in: In de Waagschaal januari 2010 nr. 2
|