Wie is er bang voor submission? | |
Naar Homepage Naar Archief Naar Weblog Naar artikelen over Wilders |
Het Tweede Kamerlid Ayaan Hirsi Ali
heeft een film gemaakt waarin een vrouw te zien is waarbij de
Korantekst op haar huid geschreven is. Het is niet zomaar een
Korantekst, het is een tekst waarin mannen worden aangemoedigd desnoods
met een pak slaag hun vrouw tot gehoorzaamheid te dwingen (Soera 4:34).
Het is een tekst die geweld tegen vrouwen goedpraat en aanmoedigt. De
film verbeeldt de geestelijke klem waarin moslimvrouwen zitten die
geslagen worden. Zij ervaren hoe gewelddadig en onrechtvaardig het is
om geslagen te worden. Maar tegelijkertijd heeft de moraal dat een man
zijn vrouw mag slaan, zich helemaal in haar lichaam genesteld. Zij
ervaart dat als een gebod van God, als iets waar je je niet tegen mag
verzetten. De tekst op haar huid heeft haar geestelijk misvormd. Tegen die misvorming heeft Ayaan
Hirsi Ali haar film gericht. Ze heeft haar film
‘Submission’ genoemd,
‘onderwerping’ betekent dat. Het is een pamflet,
een oproep aan mishandelde vrouwen om zich niet langer mentaal te
onderwerpen aan deze teksten. Om de teksten van hun huid te schrapen en
hun denken en handelen niet meer door deze teksten te laten bepalen. Die titel
‘Submission’, onderwerping, verwijst ook nog naar
iets anders. Het is een letterlijke vertaling van het woord Islam.
Islam betekent onderwerping of overgave. Zo verstaat de Islam zichzelf:
als de godsdienst van de overgave of de onderwerping aan de wil van
Allah. Ook in de liefde geef je je over
aan een ander. Je vertrouwt op die ander, je legt je verlangens bij hem
of haar neer. Overgave heeft ook een element van onderwerping in zich.
Niet mijn eigen gevoelens staan voorop, maar die van de ander. Twee
mensen geven zich over aan elkaar. In het Hooglied (4:16) noemt het
meisje zichzelf een hof, waarvan zij de vruchten aanbiedt aan haar
geliefde. ‘Neemt en eet’. Zo krijgt hij deel aan
haar, zo wordt zij één met haar geliefde. Geloven is het toelaten van dat
andere bij je, zoals je een geliefde toelaat. Geloven is toelaten dat
er een ander is, God, die iets met je wil en van je wil. Een ander die
zijn Naam verbindt met die van jou, zodat jouw Naam is opgenomen in de
Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest. Die zijn Naam
inschrijft in jouw leven, zodat je ziet: het leven dat ik schrijf
daarin zie ik de Hand (het handschrift) van God. Ergens is het mijn
leven niet meer, natuurlijk, ik ben ik, maar het is alsof mijn leven is
overgenomen, Christus leeft in mij, niet meer mijn ik, dat stuurt mijn
leven niet meer. Hij is bij mij binnengekomen en ik heb hem niet
tegenhouden. Geloven is dat toelaten, is die
overgave, zoals je je overgeeft aan een geliefde. De Islam heeft dat
goed begrepen: geloven is overgave, misschien wel onderwerping aan God.
Maar ook in de liefde geef je je niet zomaar aan iedereen over. Daar
ben je kieskeurig. Is hij wel te vertrouwen? Het is kostbaar en
breekbaar wat ik geef, word ik niet beschadigd? In de liefde ga je niet
met iedereen in zee. Natuurlijk ook niet in je geloof. Een God die
goedkeurt dat je geslagen wordt, dat je vernederd wordt, dat je stom
gemaakt wordt. Daar ga je niet mee in zee. De God die dat in je wil
hebben, daar moet je je tegen verzetten. De letters die dit op je huid
schrijven moet je eraf schrapen. De Islam heeft daarbij niet het
alleenrecht op onderdrukking. Ook in de Naam van Christus zijn eisen
gesteld en dingen gedaan waar we mee op moeten houden. Dat levert de tegenstrijdige
situatie op dat je je overgeeft en tegelijkertijd oplet wat er gebeurt.
De poort van je ziel gaat open, en tegelijkertijd let je op of het
bezoek van die ander een weldaad is. Christus leeft in je, maar je
houdt wel een verantwoordelijkheid of de wijze waarop dat gaat goed is
voor jezelf en voor een ander. Je valt niet terug in de
onverantwoordelijkheid van een kind,
maar met Christus in je ben je gegroeid naar een
rijker en beter leven. Coen Wessel |